Kerstverhaal

Dit is mijn verhaal voorgelezen op de kerstavond van de plattelandsvrouwen in het Zalencentrum " De Avezathen" in Kerk Avezaath

op 18 december 2006

 

Veel bewoners staan op het punt om naar de kerk te gaan.
Maar niet overal is men in de juiste stemming.
Voor één man, drie gezinnen en een vrouw wordt het een andere kerst dan ze hadden verwacht.
Op nummer drie in de dorpstraat woont de familie van den Berg, vader, moeder, zoon Mark van zestien en dochter Anouk van dertien.
Vader heeft een half jaar geleden ontslag gekregen, hij heeft hier erg veel moeite mee.
Naar de scooter kon Mark fluiten, toen hij zestien werd.
Dat was een grote teleurstelling.
Ook wil hij graag een eigen televisie en computer en een andere mobiel waar hij foto s mee kan maken.
Hij heeft een krantenwijk en sinds een paar maanden vult hij vakken in een supermarkt.
Maar dit gaat wel ten koste van zijn studie, eigenlijk zou hij helemaal niet meer naar school willen.
Hij rookt soms een stickie en spijbelt vaak.
Zijn ouders willen dat hij ook nog een beroepsopleiding volgt, anders blijf je een vakkenvuller had zijn vader hem toegeschreeuwd.
Nu zitten ze op hem te wachten, "Mark doe die smerige spijkerbroek uit, zo kun je niet naar de kerk," zegt zijn moeder.
Maar Mark kijkt zijn moeder nijdig aan en roept dat ze hem vandaag en nooit meer zullen zien in die stomme kerk.
Hij pakt zijn jas en met een knal gooit hij de deur achter zich dicht.
Anouk gilt "kom terug."Vader wil hem achterna gaan, maar moeder houdt hem tegen.
Met zo n onwillige knul wil ze niet in de kerk zitten.
Het is gaan sneeuwen, dikke vlokken dwarrelen naar beneden.
Ze lopen gedrieën zwijgend door de sneeuw. Het vriest, de sneeuw kraakt onder hun schoenen.
Van alle kanten komen de kerkgangers aanlopen en ondanks de narigheid met Mark krijgen ze toch een kerstgevoel.

Op nummer zeven woont de familie Bakker, vader en moeder met twee zoons, Jeroen van vijftien en Alex van twaalf.
Jeroen is een rustige jongen en een bolleboos op school, echt een zoon om trots op te zijn.
Helaas is Alex een zorgenkind, op tienjarige leeftijd kreeg hij een zeldzaam voorkomende spierziekte.
Heel veel onderzoeken, soms zeer pijnlijke heeft hij moeten ondergaan.
Hij zit nu in een rolstoel en ondanks het vele verzuim gaat het goed op school.
Zijn ouders maken zich echter veel zorgen over de toekomst.
Ze hebben op internet alles gelezen wat ze konden vinden over spierziekten en dat maakte hen niet vrolijk.
Maar sinds enige maanden gloort er hoop aan de horizon.
In Amerika heeft men grote vooruitgang geboekt op het gebied van deze spierziekte.
De specialist die Alex behandelt heeft hem voorgedragen en hij mag naar Amerika komen voor onderzoek.
Grote blijdschap in huize Bakker.
Maar na de eerste euforie volgde al spoedig een desillusie.
Geld is het grote struikelblok, er moet 40.000 euro op tafel komen en dat hebben ze bij lange na niet.
Hoe komen ze aan dat geld?
Ze kunnen aan niets anders meer denken.
Vader heeft zelfs al een keer gedroomd dat hij een bank ging beroven.
Gelukkig is hij wel zo verstandig het bij een droom te laten.
Moeder heeft een deeltijdbaan en overweegt fulltime te gaan werken.
Maar ach, dat zet geen zoden aan de dijk.
Nu is het kerstavond en ze willen even alle geldzorgen opzij zetten.
Ze gaan met z n vieren zoals elk jaar naar de nachtmis.
"Jeroen, kom je? Het is tijd om te gaan." Waar blijft hij nou?
Moeder wil op zijn kamer gaan kijken maar dan dendert Jeroen met een rotvaart de trap af, gooit iets in de kamer, trekt zijn jas aan en knalt de buitendeur dicht.
De ouders blijven verslagen achter.
Wat zijn dat voor manieren op kerstavond?
Wat heeft hij in de kamer gesmeten?
Het is zijn rapport, een rapport met allemaal achten en negens.
Waarom zien zij die nu pas?
Alex weet het, "jullie praten alleen maar over mij en dat stomme geld," fluistert hij.
De ouders kijken hem verbaasd aan, maar dan beseffen ze dat de jongen het bij het rechte eind heeft.
Alle zorg ging uit naar Alex en sinds enkele maanden denken ze alleen maar aan geld voor Amerika.
Jeroen kreeg helemaal geen aandacht, hoe kunnen ze dit goedmaken?
Gelukkig weten ze nu de oorzaak van zijn boosheid.
In de kerk komen ze tot rust en als er vrede op aarde wordt gezongen nemen ze zich voor allereerst te zorgen voor vrede in hun gezin.

Op nummer tien aan de overkant woont de familie Bengani met zoon Hassan van zestien jaar en de dochters Almira, Aylin en Dilaya, veertien, dertien en tien jaar oud.
Hassan is verliefd, en niet zo n klein beetje.
Zijn uitverkorene heet Louise, ze heeft prachtige lange blonde haren, die wapperen in de wind als ze naar school fietst.
Voor hij gaat slapen fluistert hij zachtjes haar naam, Louise, Louise.
Zij vindt hem ook leuk.
Zijn zusjes vinden het allemaal heel spannend, maar .. nu is het uit!!!
Gisteren heeft zij het uitgemaakt na een knetterende ruzie.
Louise had gevraagd of hij met haar meeging naar de nachtmis.
Zonder een minuut na te denken, had hij gezegd dat hij dat niet kon doen vanwege zijn geloof.
Zij vond dat grote onzin, je moet je blik verruimen, zei ze en respect hebben voor elk geloof.
Toen had hij gezegd dat zij dat ook moest hebben.
Een tijdje geleden was ze bij hem thuis geweest.
Hij had gevraagd of zij voor zijn moeder een hoofddoekje op wilde doen.
Maar zij vond dat een absurde vraag, geen haar op haar hoofd dacht er over dat te doen.
Hassan treurde, Louise ging nu naar de kerk zonder hem.
Hij trok zijn jas aan en ging naar buiten de sneeuw in, hij moest even alleen zijn.

Op nummer veertien woont Jochum Attema Hij is vijftig jaar, kunstschilder en vrijgezel.
Maartje is de overbuurvrouw.
Toen haar man was overleden en haar zoon voor zijn werk naar Amerika vertrok was ze een tijd erg verdrietig en eenzaam.
Maar daar kwam verandering in toen haar overbuurman kwam aanbellen en vroeg of ze zin in pannenkoeken had.
Vanaf die tijd bracht ze regelmatig een pannetje eten naar Jochum.
Op een gegeven moment bedacht ze, dat het veel gezelliger is om samen te eten en toen dekte ze elke dag de tafel voor hun tweetjes.
Van lieverlee ging ze hem als haar zoon beschouwen en ze vond het nodig hem een beetje op te voeden.
Hij krijgt er vaak van langs.
Hij moet meer vragen voor zijn schilderijen, zodat hij eens nieuw meubilair kan kopen, want ze vindt dat er nu alleen maar brandhout staat en hij moet eens een keer nieuwe kleren kopen.
Jochum luisterde dan met een half oor en bromde, "ja ja buurvrouw alles komt goed."
Over één ding bleven ze bakkeleien en dat was over het feit dat hij geen inbraak- en brandverzekering had.
Jochum vond dat grote onzin, dat kost alleen maar geld en waarom zou hij nou brand krijgen.
Hij had weliswaar echte kaarsjes in zijn boom, maar er stond altijd een emmer water bij en hij was er zelf ook altijd bij, er kon niets gebeuren.
Nu is het kerstavond, ze gaan elk jaar samen naar de kerk en daarna gaan ze de cadeautjes uitpakken die bij Maartje onder de kerstboom liggen.
De hele week heeft Jochum al zitten vissen of zij al iets voor hem heeft gekocht.
Zij knikte dan ja en lachte heel geheimzinnig en daar snapt hij niets van.
Hij wil een slaapmuts en bedsokken want hij heeft s winters altijd koude oren en voeten.
"Wacht maar af," zei ze dan, "die krijg je en . ook nog iets anders" en weer was daar dat geheimzinnige lachje.
Hij heeft een mooi cadeau voor haar, heel vaak heeft hij haar horen verzuchten dat ze een magnetron moet hebben als hij weer eens een keer te laat kwam.
Nu staat er een heel groot pak onder de boom, Maartje is al net zo nieuwsgierig als hij.
Maar hij heeft nog een verrassing voor haar.
Hij heeft hard gewerkt, toen hij zijn schilderij had afgeleverd, is hij naar de stad gegaan.
In een chique herenmodezaak heeft hij zich een pak laten aanmeten plus een overhemd, stropdas, sokken, schoenen en een overjas.
Vol verbazing keek hij naar zijn eigen verschijning. "Kleren maken de man," mompelde hij.
Vandaag is hij naar de kapper geweest en nu gaat hij bij Maartje aanbellen.
Anders loopt hij altijd achterom.
Maartje opent de deur, kijkt met grote ogen naar die chique meneer en begint dan te
gillen, "lieve hemel, ik geloof mijn ogen niet, ben jij het echt Jochum?"
"Ja schone vrouwe en ik kom u vragen mij te vergezellen naar de kerk."
Al giechelend laat ze zich door Jochum in haar mantel helpen en gearmd gaan ze kerkwaarts.

De drie jongens komen achter elkaar de speeltuin in met een niet al te vrolijk gezicht.
Ze banjeren wat rond in de sneeuw, dan begint Jeroen te praten.
"Het is zwaar bagger," verzucht hij en hij vertelt wat hem al heel lang dwars zit, dat het altijd maar Alex voor is en Alex na en nu hij voor genezing naar Amerika kan wordt er alleen maar over geld gepraat dat ze niet hebben.
Ze hebben niet eens naar mijn rapport gevraagd.
Het gezicht van Mark klaart opeens op, "wat vertel je nou Jeroen, kan Alex misschien genezen, dat zal toch fantastisch zijn.
Jij met je stel knappe hersens kunt toch wel iets bedenken hoe je geld kunt lospeuteren van mensen."
Verrast kijkt Jeroen hem aan, waarom heeft hij daar zelf niet aan gedacht, wat is hij stom, kortzichtig en egoïstisch bezig geweest.
Natuurlijk kan hij dat, allerlei ideeën borrelen al naar boven.
"Mark joh bedankt, je hebt me op goede gedachten gebracht, maar waarover baal jij?"
Na enig aarzelen vertelt Mark over zijn vader die chagrijnig thuis zit zonder werk
Over zijn slechte rapport, dat hij het niet meer ziet zitten op school, hij wil werken, maar ze zeuren altijd dat hij zijn diploma moet halen en dan nog een beroepsopleiding moet volgen en hij heeft geen idee wat hij wil worden.
Jeroen kijkt hem nadenkend aan en zegt dan dat zijn ouders gelijk hebben, zonder diploma kom je nergens aan de bak.
"Jij hebt makkelijk praten" sputtert Mark tegen "voor jou is alles een makkie met die kop van jou."
Ja, dat kan Jeroen niet ontkennen.
Maar opeens krijgt hij een geweldig goed idee.
"Mark luister, ik kan je helpen met wiskunde en overal waar je mee zit, ik heb tijd genoeg, hoe vind je dat?"
Mark kijkt hem ongelovig aan, "zou je dat echt willen doen?"
"Ja natuurlijk, anders zou ik het toch niet zeggen."


Mark haalt opgelucht adem. "joh Jeroen, dat is vet, cool" en hij geeft Jeroen een dreun op zijn schouder.
"Hé joh, daarom hoef je mij toch niet knock-out te slaan,"lacht Jeroen.
"Hé Hassan, jij bent aan de beurt, waarom zit jij zo te bokken, het kan toch niet met kerstavond te maken hebben?"
"Ja toch wel" zegt Hassan en hij vertelt alles over Louise en zijn weigering om mee te gaan.
"En nu is het uit door die stommiteit van mij," zegt hij treurig.
De jongens leven met hem mee maar weten er geen raad op.
"Kop op" roepen ze en gooien een sneeuwbal naar hem en toen werd het een sneeuwballengevecht van jewelste.
Ze besluiten gedrieën nog even naar de kerk te gaan, ze hebben spijt van hun gedrag.
Overal zien ze lampjes in de kerstboom branden, alleen bij Jochum is het donker.
Ze weten dat Jochum echte kaarsjes in de boom heeft, hij kan zo thuis komen, dan zou het toch wel mooi voor hem zijn als de kaarsjes aan zijn.
Door de achterdeur komen ze binnen en steken alle kaarsjes aan.
Bij de kerk gekomen is de dienst net afgelopen.
De mensen blijven echter zitten, want de organist zet het ene lied na het andere in en men zingt enthousiast mee.
Hassan luistert verbaasd en vindt het mooi, Mark en Jeroen zingen op het laatst ook mee.
Ze denken helemaal niet meer aan de brandende kaarsjes.
Eindelijk is men uitgezongen en de kerk stroomt leeg.
Buiten gekomen schrikken ze van een enorme brandlucht en in de verte zien ze een groot vuur.
Men haast zich naar huis.
Drie jongens lopen met knikkende knieën en een bonzend hart met de stroom mee.
Maartje vraagt aan Jochum of hij de kaarsjes wel heeft uitgeblazen.
"Ach, ik heb de hele dag geen kaarsje aangehad" bromt Jochum, "het kan mijn huis niet zijn, het kan mijn huis niet zijn."
Maar het is wel zijn huis, met ontzetting kijken ze naar de knetterende vlammen die metershoog oplaaien.
Het zou een prachtig schouwspel zijn als het niet een huis was. De hitte slaat hen in het gezicht.
Het huis steunt en kraakt alsof het om hulp roept.
De brandweer komt met loeiende sirenes, het vuur kan geblust worden maar het huis is niet meer te redden.
"Ach Maartje, wat moet ik nou toch doen, ik heb geen brandverzekering, waar moet ik slapen en waar moet ik schilderen," hij snikte het uit.
"Ooohhh, hij is niet verzekerd, wat verschrikkelijk, wat een ramp en dat op kerstavond.
" Alle toegestroomde mensen fluisteren het tegen elkaar, ze zijn erg begaan met hun dorpsgenoot..
Jochum zoekt troost bij Maartje, maar wat doet Maartje, ze lacht, eerst zachtjes en dan heel hard, ze schatert het uit.
"Mens, schei daar mee uit, ben je gek geworden" roept Jochum, "dit is niet om te lachen, al mijn foto s zijn verbrand."
Lieve Jochum, weet je nog dat je vorige week met je schoenendoos vol met foto s kwam, die doos staat nog steeds bij mij."
"Nou, dan is de ramp al iets minder erg, voor de rest stond er toch alleen maar brandhout volgens jou, maar daarom hoef je toch niet zo idioot hard te lachen."
"Jochum, ik zal je wat geven en dan zul je mijn gedrag begrijpen.
" Ze opent haar tas en haalt er een enveloppe uit. "asjeblieft buurman, je kerstcadeau."
Met bibberende handen maakt Jochem de enveloppe open en haalt er een brief uit.
Hij kijkt en kijkt en kan zijn ogen niet geloven.
Maar dan begint hij te schreeuwen,
"ik ben verzekerd, dit is een polis, ik ben uit de brand, Maartje je bent een godsgeschenk.
" Hij pakt haar beet en zwiert haar in het rond.
Alle mensen klappen en gaan dan vrolijk pratend naar huis.
Jochum en Maartje gaan de andere kerstcadeaus uitpakken.
Maartje is dolgelukkig met de magnetron en Jochum met de bedsokken en muts.
Ze praten nog lang na met een glaasje wijn en bitterballen.
De verwarmde schuur biedt voorlopig een goed onderkomen, er kan een bed geplaatst worden en er is genoeg ruimte voor schilderspullen.
Het is een zachte winter.
De herbouw van het huis verloopt voorspoedig.
Voor Maartje gaat het allemaal veel te snel.
Ze is Jochum met andere ogen gaan bekijken, ze heeft ontdekt, dat ze maar één jaar ouder is.
Ze is gauw jarig en dan wil ze zich mooi aankleden en met Jochum naar de stad voor een etentje.
Maar wat moet ze aan .?
Ze trok alle kleren uit de kast en keurde alles af.
In de stad kocht ze een prachtig pakje en moderne schoenen.
Ze ging ook nog naar de schoonheidsspecialiste en naar de kapper.
Met genoegen bekeek ze haar eigen spiegelbeeld.
En zo kon het gebeuren dat Jochum met een beeldschone vrouw zit te dineren in een goed restaurant.
Er is iets moois gegroeid tussen die twee, ze kijken elkaar diep in de ogen en allebei krijgen ze een vreemd gevoel van binnen, het is wel een héél prettig gevoel!
Als ze thuiskomen kijkt Jochum haar héél verliefd aan en hij vraagt of ze samen met hem het nieuwe huis wil betrekken, want "lieve Maartje" zegt hij, "ik hou van jou, met jou wil ik oud worden" en dan knielt hij voor haar, pakt haar hand en vraagt "lieve lieve Maartje wil je met me trouwen?"
Maartje straalt, "ja natuurlijk lieverd, ik hou ook heel veel van jou!"
Er volgde een innige omhelzing.

Hoe de brand was ontstaan bleef lang een grote vraag, totdat er drie jongens aanbelden met flessen wijn en bloemen.
Ze deden beschroomd alles uit de doeken, ze hadden geen kwade bedoeling, zeiden ze, ze hadden Jochum willen verrasen.
Jochum wilde boos worden, maar bedacht zich snel, zonder die brand had hij nooit zijn Maartje ontdekt.
"Het is oké jongens, ik waardeer het dat jullie het zijn komen vertellen.
Kom af en toe maar eens het gras maaien.
" De jongens beloofden grif dat te doen en gingen opgelucht naar huis.

Hassan is weer verliefd, voor hij gaat slapen, fluistert hij zachtjes haar naam, "Tamara, Tamara!"
De woorden van Louise, "heb respect voor elk geloof heeft" heeft hij in zijn oren geknoopt.
Jeroen hielp Mark met zijn leerproblemen.
Die deed goed zijn best, hij zou zeker slagen.
Uit dankbaarheid hielp de vader van Mark Jeroen met het schrijven van brieven naar kranten en instanties en dit had tot gevolg dat de familie in een televisieprogramma kwam.
Daarna stroomde het geld binnen.
Een mooie bijkomstigheid was dat de vader van Mark werk kreeg bij een krant.
Alex is al een maand in Amerika en de medicatie slaat goed aan, het ziet er naar uit dat de rolstoel de deur uit kan.

De kerst, die zo slecht was begonnen, heeft uiteindelijk alleen maar goeds gebracht.

 

 

Contact

  |  

Expositie

  |  

Cultuurdagen

  |  

Joppie

  |  

In de krant

  |  

Kerstverhaal

  |  

Kerstverhaal 2011

  |  

Het Kerkblad

  |  

Zoekpagina

  |  


Copyright An Lohues © 2011
Website gemaakt door: Henk Schoots

Contact

  |  

Expositie

  |  

Cultuurdagen

  |  

Joppie

  |  

In de krant

  |  

Kerstverhaal

  |  

Kerstverhaal 2011

  |  

Het Kerkblad

  |  

Zoekpagina

  |